Fraudeproblemen bij schoolonderzoek van december 1975
Dit keer heb ik gekozen voor een intrigerend verhaal van onze toenmalige rector J. van Haperen. Nog steeds in die tijd een jonge rector, die het Sint-Janslyceum zo af en toe, na de roerige jaren zestig, door moeilijke tijden heen moest loodsen. Hij deed dat in zijn eigen stijl, wellicht nog voor velen herkenbaar. De markante Jan van Haperen zou deze zware taak nog jarenlang volhouden. In 1990 nam hij afscheid, na 25 jaar rectoraat. Zijn betekenis voor het Sint-Janslyceum en voor de vele leerlingen en personeelsleden is ontegenzeggelijk erg groot geweest.
Het betreft een artikel gepubliceerd in het Sint-Janskruid van 19 februari 1976, over fraudeproblemen bij het schoolonderzoek van december 1975.
René Kok
Als ik ooit tegen het schrijven van een artikel heb opgezien, is het wel nu. In het algemeen schrijf ik erg snel, maar nu begin ik eraan op dezelfde manier als een leerling in komkommertijd - u weet wel hoe dat gaat: op het laatste moment - en met de inspanning van de compoweek. Met gemengde gevoelens dus. De lezer mag weten, dat ik eigenlijk het liefst niet meer op de sombere decembermaand van het vorige jaar zou willen terugkomen. En waarom niet?
Het lijkt mij niet goed voor alle betrokkenen - leerlingen, leraren, ouders, bestuurders - je al te zeer te fixeren op tegenvallers, op problemen, op schokeffecten. Ik heb naar aanleiding van deze kwestie tegen een journalist gezegd, dat ik in de veronderstelling leefde en werkte, dat er in onze school een rustige sfeer hing die slechts zo nu en dan verstoord werd door de gebruikelijke moeilijkheden.
De ontdekking dat een aantal leerlingen op ingenieuze wijze zich onrechtmatig eindexamenwerk had toegeëigend en dit soms tegen geldelijke vergoeding onder hun medeleerlingen had verspreid, riep bij mij - en zeker niet slechts bij mij - een gevoel van verbijstering op. Nu een poos verstreken is tussen de ochtend waarop deze zaken aan het licht kwamen en dit moment, komt dat gevoel nog even terug, nu ik in een interview met een van de betrokkenen lees, dat hij teleurgesteld is over de geringe solidariteit onder de leerlingen en dat hij had verwacht dat de leerlingen elkaar wel zouden hebben gedekt bij deze onregelmatigheden. Ik denk dat zo’n opmerking toch terug te voeren is tot een onvoldoende begrip van zaken. Immers, waar gaat het hier om?
Het eindexamen wordt niet meer geheel en al afgenomen onder toezicht en verantwoordelijkheid van de wetgever; nu ook de uitslagen van twee à drie maal schoolonderzoek mede bepalend zijn voor het examencijfer van de school, medeverantwoordelijk voor de waarde van het einddiploma.
Elkeen die in een school bij deze vorm van examens betrokken is, en voor mij betekent dat ouders, leerlingen, leraren en schoolleiding, zal ervoor moeten waken dat het waarheidsgehalte van het diploma niet aan twijfel onderhevig behoeft te zijn, zodat het de leerling ook daadwerkelijk alle kansen in zijn leven meegeeft waarop hij krachtens dat diploma recht heeft. Het diploma is geen pond suiker, geen televisieapparaat; het is een waarborg voor de kennis van de bezitter. Vandaar dat het niet te koop is. Vandaar ook dat je er de hand niet mee kunt lichten. Als je dat zou toestaan, zou je daarmee de kansen van vele leerlingen op passend vervolgonderwijs zeker op den duur aanzienlijk belemmeren.
Ik kan enig begrip opbrengen voor de leerling die in de speelse onbesuisdheid van zijn jonge jaren tracht voorkennis voor een proefwerk te vergaren. Ik kan waardering voor hem opbrengen, als hij bij de ontdekking daarvan dan wel de consequenties aanvaardt en ik acht het mijn plicht deze dan zeer omzichtig te hanteren. Uit het verloop van het onderzoek in de trieste schoolonderzoekkwestie is gebleken, dat het hier geen spel, maar georganiseerde ernst betrof. We hebben moeten vaststellen dat velen, en niet alleen leerlingen, ervan afwisten. De bescherming van de waarde van het eindexamen, van de kwaliteit van het onderwijs in onze school, en van de zin van ons dagelijks samenwerken gebood helaas harde maatregelen te nemen. En deze werden alle genomen in zeer goed overleg tussen bestuur, oudercommissie, schoolleiding en docenten.
@Nieuwsbrief 2, mei 2021